Lijn houden

Als je in een groep fietst slinger je niet, maar ‘hou je je lijn’. Je maakt zo weinig moeilijk slingerbewegingen. Dat is niet voor iedereen even makkelijk. Dat heeft soms te maken met traptechniek en soms met concentratie.
Je kunt goed oefenen in een rechte lijn te rijden als er een witte lijn is op de weg of het fietspad. Daar probeer je dan op te blijven rijden. Je kijkt niet naar onder, niet naar de lijn direct onder je voorwiel. Je kijkt verder voor je uit. En toch rij je op de witte lijn. Merk hoe je dat doet?
Een onderbroken witte lijn, die iets opgespoten is op het asfalt is perfect hiervoor. Je kunt dan horen en voelen of je nog op de lijn rijdt. Het roffelt erg lekker dan.

Maar soms wil je even omkijkenachterom kijken, bijvoorbeeld om te zien of iedereen na een bocht al aangesloten is. Om dan toch je lijn te houden is lastig. In een groep fietsend doe je dat het veiligst door je hand op de schouder van je buurman te leggen. Dat voorkomt dat je bij het omkijken een beetje van je rechte lijn afwijkt. Je weet dan ook zeker dat de buurman zorgt voor het naar voren kijken. En je inseint als je moet remmen.

Oefen overigens ook in je eentje in het naar achteren kijken zonder van de rechte lijn af te wijken.
We hebben geen spiegels op de fietsen en
willen die ook niet hebben. Maar dan moet je wel leren
om achterom te kijken, over je schouder of onder je arm.
Dat valt niet altijd mee. Maar met een beetje oefenen
wordt het al snel beter.

 

 

Soms haal je één hand van je stuur. Om je bidon te pakken of een gebaar/signaal naar achteren te geven, bijvoorbeeld als er geritst moet worden. Sommigen maken daarbij een kleine slinger in het rijden. Dat komt omdat de gewichtsverdeling op het stuur iets anders wordt. Haal dan eerst de druk van die hand weg en verplaatst de druk naar de andere hand. Dan pas kan je de hand optillen zonder dat de balans een verstoord wordt.
Sommigen doen dat onbewust goed. Anderen moeten het eerst even leren, voordat het een automatisme wordt.